Over zorgen dat gezegd kan worden wat gezegd moet worden, opdat een team terug nauwer verbonden met elkaar verder kan.
“Willen jullie even contact maken met elkaar terwijl we het hier over hebben?” Tijdens een discussie kon een teamlid haar tranen niet meer bedwingen, en niemand van de andere teamleden scheen dit op te merken.
Eerder die dag stapte ik hun organisatie binnen, klaar om met hen aan de slag te gaan rond hun missie en visie. Na een speelse opwarming gingen ze met verschillende creatieve methodieken aan de slag om wat hen drijft in beeld te brengen. Daarna kreeg elke groep de gelegenheid dit te tonen aan de rest van de groep.
Tijdens deze toonmomenten voelde ik bij mezelf de energie plaats maken voor moeheid en zwaarte in mijn armen en benen, terwijl het team ogenschijnlijk heel enthousiast was. Na een tijd besloot ik dit te benoemen: “ik zie jullie dit allemaal enthousiast vertellen, tegelijk voel ik de energie niet, ik voel moeizaamheid en zwaarte. "Herkent iemand dit, of zegt dit iemand iets?"
Ik kreeg de reacties: “Maar allee Astrid, dat vind ik niet fijn dat je dat zegt"; "we staan echt met hart en ziel in dit vak"; "ik snap niet dat je dat zegt”.
De teamleden begonnen met elkaar te discussiëren, ik zweeg... Ik hield dit nog wat langer vol dan mijn verstand goedkeurde, en merkte op dat een teamlid (H.) begon te huilen; de rest van het team bleef verder discussiëren.
“Willen jullie even contact maken met elkaar terwijl we het hier over hebben?” Ze keken elkaar verbaasd aan. (het was me niet helemaal duidelijk of ze nu wel H. opmerkten, niemand maakte echt contact met haar). Ik vestigde de aandacht op H. en nodigde haar uit om te verwoorden wat dit met haar deed.
Ze vertelde hoe hoog de druk voor haar voelt in dit team, hoe hoog de lat gelegd wordt. Ze gaf aan het gevoel te hebben daaraan te moeten voldoen om erbij te horen. “Met hart en ziel werken is hier niet de drijfveer, wel zo perfect mogelijk werken, ik weet niet of ik dat nog langer volhoud.”
“Herkent iemand ook iets van wat H. zegt?”
Er kwam een gesprek op gang over de ervaren werkdruk, en vooral over hoe ze elkaar druk opleggen om ‘perfect’ te handelen en dat dit wel eens vaker tot conflicten leidt. Ze deelden met elkaar welk effect dit in meerdere of mindere mate heeft. Ze stonden stil bij hun zorg voor elkaar en bij de vraag hoe het kon dat iemand in het team zich zo slecht voelde en niemand dat merkte.
Als begeleider dien je een "brave space" te creëren, zodat gezegd kan worden wat gezegd moet worden, en de verborgen wijsheid in het groepsbewustzijn kan komen.
In een groep leven altijd onuitgesproken gedachten, irritaties, emoties. Om het potentieel van de groep aan te boren, dienen mensen zich uitgenodigd en veilig te voelen om zich uit te spreken.
Dit kan door wat een teamlid binnenbrengt niet als een individuele kwestie te bekijken, maar als een teken dat dit thema in de groep leeft. Met de vraag: “Zijn er nog mensen die er zo over denken of dit zo ervaren?” wordt dit thema boven de ‘waterlijn’ gehaald en kan ermee gewerkt worden.
Comments